Nobody tells it better. Pascal Coppens, China innovation expert, internationaal keynote speaker (Nexxworks), auteur van meerdere boeken en tevens oprichter van o.a. Polycore Software en Sinnolabs, proefde van innovatie en de start-upscene in zowel Silicon Valley als Shanghai. Hij woonde 20 jaar in China en kent het Chinese DNA als niemand anders. Hij zit op de eerste rij om de bange Westerse lezers onder ons even duidelijk te maken wat de Chinese Draak ons anno 2022 serveert.
We neuzen vlug even de Chinese kalender in om de zo tegendraadse logica te duiden. 2020 was het jaar van de Rat. De rat is in China best een intelligent, snel en ambitieus diertje, dat net zoals onszelf, compleet werd verrast door Covid-19. Bovendien haalde China als dé geviseerde aanstoker van de pandemie een hoop Westerse vijandigheid op de nek. 2020 was het jaar waarin China snelle en kordate acties moest ondernemen, maar eveneens het jaar van frustratie omtrent al die globale kritiek. 2021 was het jaar van de Os. De os staat in China symbool voor de nuchtere, plichtbewuste en hardwerkende compagnon. Vorig jaar was het jaar van de corrigerende actie, het orde op zaken stellen en de juiste prioriteiten kiezen voor de komende jaren, waaronder het aanpakken van de ongebreidelde groei van monopolies en het scheppen van een duurzaam kader voor een bredere welvaart (Common Prosperity), dit ongeacht de globale kritiek. Volgens Coppens wordt 2022 het jaar van de Tijger, wat een dynamisch en ambitieus jaar inhoudt. De tijger, van nature krachtig en moedig, maar ook heel creatief en innovatief, is aan zet. Nu het huis op orde staat, wil China zichzelf bewijzen als creator-innovator, zowel op technologisch, financieel, sociaal als economisch vlak.
2022 wordt in deze zin een jaar, waar China op een kruispunt staat, achterom kijkt naar een oud socialistische model enerzijds en anderzijds het evenwicht zoekt tussen kapitalisme, socialisme en globalisering en zo het pad effent voor een nieuw socialistisch/kapitalistisch model.
Excessief inzoomen op problemen en te weinig op the bigger, better picture
“Laten we beginnen met het begin” oppert Coppens. “Iedereen vergeet soms snel dat China de fabriek voor het Westen bleef tijdens de lockdowns. Sinds de sluiting van de grenzen en de toenemende spanning tussen de handelspartners (en hun clubjes)deed niemand nog de moeite om even neutraal en kritisch te observeren wat er zich ondertussen ter plaatse afspeelt. Iedereen gaat er van uit dat China nog het pre-pandemiemodel hanteert en zoomt in op de problemen, die zich vandaag nog binnen dat model voordoen. Niets is minder waar, China is postpandemie grondig zichzelf aan het heruitvinden. De Chinezen hebben van deze crisis gebruik gemaakt om een aantal zaken in vraag te stellen, te rebooten en een nieuwe toekomst uit te tekenen. Het gaat dus vandaag lang niet meer over meer, groter en sneller, zoals vaak wordt gedacht.”
China mikt nu in alle aspecten vooral op ‘beter’. Eerst en vooral op maatschappelijk niveau (common prosperity) wil de CCP in hoofdzaak meer sociale welvaart creëren door een sterke groei van de middenklasse. Dat zou een extra boost moeten geven aan de binnenlandse consumptie en het BBP. Waar China voorheen sterk investeerde in harde infrastructuur (snelweg, zee- en luchthavens, hogesnelheidstreinen,…) gaan de investeringen nu vooral naar de digitale infrastructuur zoals 5G (cfr belang Huawei). Momenteel bedraagt het aantal 5G-stations om en bij de 1.3 miljoen (bijna volledige 5G coverage). Eind 2020 telde de VS amper 50.000 dergelijke stations. Concreet gebruiken nu al de helft van de Chinese ‘netizens’ 5G (1.1 miljard gebruikt een smartphone). Deze digitale versnelling veroorzaakt een gigantische disruptie, niet alleen ter plaatse maar ook richting het Westen. Manifest is bijvoorbeeld dat de supply chain daar in die mate gedigitaliseerd is, dat de status van goederen via 5G, blockchain, IoT en big data op ieder moment realtime gemonitord wordt. Hier zitten we nog niet op hetzelfde transitieniveau; de uitdaging voor ons bestaat er in om snel mee te schakelen. Daarnaast is er de lancering van een CBDC (Central Bank Digital Currency), waarmee China betalingen en transfers automatiseert. Dit gebeurt goedkoop en aan een stabiele koers, zonder afhankelijk te zijn van de internationale wisselkoersen. Idealiter komt het Westen ook met minstens met een stable coin of eigen CBDC, waarmee ze kunnen inhaken op dat digitale platform. Kortom, China wil nu vooral de ‘slimme’ fabriek (digitaal, veilig, duurzaam en geïntegreerd) van de wereld worden. Coppens vermoedt dat het zuidelijk halfrond en Afrika sneller zullen meespringen, waardoor het Westen quasi verplicht is om ook in te stappen. Xi Jingping streeft ernaar om deze digitale munt tegen de Olympische Winterspelen operationeel te krijgen.
Productiviteitsboost ondanks lagere werkende bevolking en hogere binnenlandse consumptie
De expert documenteert de uitdagingen en prioriteiten “Mondiaal zitten we met 3 miljoen industriële robottoepassingen. Meer dan 1 miljoen hiervan zijn in China uitgerold. Vorig jaar werden 72 % van alle robots in Azië verkocht. De transitie van handjes naar hersenen draait op volle toeren, want de actieve bevolking zal de komende jaren nog dalen. Een eigen chiptechnologie heeft nu dezelfde prioriteit als hogesnelheidstreinen indertijd.” Voor bedrijven, overheden en universiteiten is het alle hens aan dek om een eigen, onafhankelijke chipindustrie neer te poten. We herinneren ons dat China in het vorige decennium op chipniveau vooral aanmodderde met willekeurige subsidies en projecten, maar nu zit er een uitgekiende innovatiestrategie achter. Heel bewust wordt hier gekozen voor de range van 10 nm en hoger, die goed is voor meer dan 90 % van de wereldchipvraag. China wil dus echt wel de goedkope chipfabriek van de wereld worden. Het Westen blijft sceptisch over deze ambities, maar dat komt omdat wij teveel gefocused zijn op innovaties in het hogere segment.”
Coppens vergelijkt het graag met het EV- verhaal. “Vandaag kijkt iedereen naar het topsegment waar oa. NIO, Xpeng, Polestar in meedingen. Weet dat er echter 500 EV-fabrikanten actief in China actief zijn. Niemand beseft dat dit breder middensegment van degelijke voertuigen een momentum vindt, waarmee ze de Westerse markt zullen overspoelen.”
China duurzaam : echt?
China ‘zwaait niet echt met een groene vaandel’ is onze perceptie. Een land, dat in hoofdzaak steen-en bruinkool gebruikt voor de groeiende productie van elektriciteit en 27 % van de mondiale CO2-uitstoot, kan men nauwelijks een groene partner noemen. Coppens nuanceert. “Ook hier kijken we naar die top van de ijsberg: sinds 2017 is er is een gigantische transformatie aan de gang, waardoor er qua regelgeving, budgetten en technologie supersnel en in alle ernst geschakeld wordt naar duurzaamheid. Lokaal worstelen ze echter met dezelfde problemen als wij: enerzijds willen we snel en kordaat alle steenkoolcentrales sluiten, maar anderzijds stijgt de vraag naar productiecapaciteit. Het is dus eerder een tijdelijk shiften met transitoire noodoplossingen en het opvangen van tijdelijke schokken.”
Volgens Pascal zit het probleem niet in de productie van groene energie, maar eerder in de transmissie ervan naar iedere uithoek. “Integendeel, er is overcapaciteit aan energie uit wind en zon. Er wordt sterk geïnvesteerd in een landelijk netwerk. 16 % van de energie komt uit hernieuwbare bronnen, maar tegen 2025 moet dat 25 % zijn. De laatste jaren werden een 30-tal nucleaire centrales bijgebouwd, ook hier dus wordt ‘nieuwe kerntechnologie’ omarmd. Xi Jingping belooft om het land tegen 2060 CO2-neutraal te krijgen.
Voor de eerste keer in 4 decennia is China fundamenteel bezig met om te schakelen van de snelst groeiende economie naar de beste en meest duurzame economie. Dat vatten we nog steeds niet altijd. Wij kijken allen naar Evergrande en de exploderende vastgoedbubbel. Ook dit zijn echter naweeën van die ongebreidelde groeiambities van China 1.0.”
We gaan er altijd van uit dat Chinezen om de haverklap schakelen en improviseren. Coppens beweert het tegendeel. “Chinezen doen er heel lang over om iets in te plannen maar eenmaal het plan wordt goedgekeurd, dan wordt er kordaat geschakeld en dat in een land met 1.4 miljard mensen en zonder interne wrijvingen en verwatering (VS en Europese Unie). Aan ieder vijfjarenplan wordt minstens een jaar gewerkt.“.
Pascal besteedt in zijn nieuwe boek veel aandacht aan onze perceptie dat China een top-bottom dictatoriale beslissingsstructuur heeft. Hij ziet het eerder als een cirkel waar constant top-bottom- en bottom-upfeedback zit.
“Bekijk het zoals in een bedrijf, eerder als een land, waar het management (de Partij) legitiem beslist als de onderlagen de beslissing ondersteunen. Het is natuurlijk als partij gemakkelijker, gezien het succes van de eerdere uitgerolde plannen, om snel een groter draagvlak van meer dan 300 miljoen sympathisanten te vinden voor je nieuwe plan dan bijvoorbeeld in Europa, waar heel wat politieke partijen met een parcours van minder geslaagd beleid moeten afrekenen. In China is men ook principieel bereid om de uitrolsmart onderweg erbij te nemen.”
Vergeet voor altijd het oude China
“We proberen hier niet te argumenteren dat de Chinezen alles beter doen. Ook niet op vaccinatieniveau (van de 1.4 miljard zijn er 80 % tweemaal gevaccineerd). China heeft daarenboven een hele slechte vaccinatiereputatie, na alle overlijdens en complicaties met eerdere griepvaccins. Niettemin zijn ze bij de Covid-19-vaccinatie vroeger dan ons begonnen met een vrijwillige vaccinatiestrategie, die op minder kritiek bij de burger stoot. “
Toch zijn er zijn toch heel wat Belgische ondernemers actief in China, die met de handen in het haar zitten als je het hebt over wetgeving, contraintes, nieuwe regelgevingen en betutteling van elk ondernemerschap. Coppens ziet het anders. “Vroeger was het misschien allemaal té gemakkelijk, China was het ongebreidelde paradijs van goedkope handjes, nu wordt het maatschappelijk, ecologisch en economisch wetgevend kader strakker. Vergeet niet dat de markt veeleisender wordt en de lokale competitie innovatiever. Werknemers worden meer beschermd en consumenten willen betere producten. Dat zorgt voor frictie. Verder gebeurt in China op niveau van grote consortia (Tencent, Alibaba,…) een snellere techcrackdown, terwijl het Westen haar regelgeving inzake Alphabet, Amazon, Facebook en Apple al 10 jaar steeds maar uitstelt. Investeerders lopen daar niet warm van.
We zijn geëvolueerd in 30 jaar tijd van een zeer arm China, dat alles wilde doen maar niks kon naar een China dat alles kan, maar niet altijd alles wil. China gaat terug naar een waardentraditie van 2000 jaar oud en niet naar het communistisch verleden van Mao. Een nauwer onderling relationeel verband en eerlijk verdeelde welvaart, cultuur en creativiteit zijn waarden die terug hoog in het vaandel worden gedragen. Wij staren uiteraard nog altijd naar die goedkope communistische fabriek van een paar jaar geleden. Xi Jinping is eerder een cultuurfanaat dan een verlicht despoot.”
China wil niet transformeren, maar disrupten: met wie zijn centen?
China haalt nog steeds veel centen uit haar wereldfabriek. De geldstroom verhuist van infrastructuurwerken naar digitalisering, sociale welvaart, duurzaamheid en een ecosfeer voor KMO’s. Belastingen voor bedrijven en vastgoed worden wellicht hoger, maar de productiviteit en de consumptie moeten de geldstromen voor de toekomst verzekeren. Inflatie wordt net zoals bij ons een grote uitdaging voor binnenlandse consumptie. “Het voordeel van China is dat zij grote staatsbanken hebben, die verplicht worden te investeren in de prioriteiten die werden voorgelegd.“
Onze China expert ziet de problemen met gesloten havens nog duren tot eind 2022, samen met lokale harde lockdowns. Op e-commerce niveau begint de digitalisering haar vruchten af te werpen. “Je kan reeds heel vlot consumptiegoederen en voeding via Tmall van Alibaba laten beleveren vanuit Zuid-China als je op die blockchain zit. De inklaring en expeditie gebeurt supersnel daar waar dat vroeger dagen innam. Maar voor de mondiale productie-en supply chain volop aangepast is aan de post-pandemie omgeving duurt het nog wel even. We zitten nu in de Twilight Zone, de zone tussen de nieuwe digitale supply chain en de oude versie. Het Westen moet achterstand inhalen, terwijl de Tijger gewoon wil springen.”
Verder verwacht Pascal in de komende 10 jaar een enorme concurrentie van duurzame en toch goedkope productiegoederen uit het Oosten. In eerste instantie zal dit een hevige push zijn van goedkope, degelijke elektrische wagens (reeds 3e generatie) naar Westerse markten. Andere duurzame elektroconsumptiegoederen zullen volgen.
Taiwan en Honkong in de houdgreep: China wil stabiliteit , Rusland houdt van chaos
“De Zuid-Chinese Zee, Taiwan, Honkong,… het heeft allemaal met controle te maken die ik in 6 hot potatoes aankaart in mijn nieuw boek” argumenteert de auteur. “Taiwan en Honkong worden tot het Chinese territorium gerekend. Etnisch zijn dit ook Chinezen, zonder enige discussie… vinden de Chinezen zelf. Spanje en Catalonië voeren hetzelfde twistgesprek.”
Volgens China is de rijkdom in Hongkong volledig het werk van China. Het succes van de logistiek, de handel, het bankwezen en IP op initiatief van China maakte van Hongkong het ‘Monaco van Azië’ en de brug tussen Oost en West. “Het recente studententumult in Honkong vereiste interventies vanuit China. Op termijn zal de vrijheid van de inwoner van Honkong gereduceerd worden van 100 naar 80% in de komende 25 jaar, terwijl de vrijheid voor Chinezen op het vasteland van 20% naar 80% steeg over de laatste 25 jaar. Ze vinden elkaar tegen 2047. Chinezen beschouwen de inwoners van Honkong als verwende kinderen, die te lang ongestraft hun gangetje gingen om de stad in brand te steken”, stelt Coppens.
“Taiwan is een heel ander verhaal” verduidelijkt Pascal. “Initieel was er een International Conduct of Navigation voor de Zuid-Chinese Zee in de maak. Obama besliste plots zonder enig overleg om militaire schepen te sturen naar dit gebied. Dat was voor China de trigger om eigen militaire basissen te bouwen in haar achtertuin. Initieel was het de bedoeling om vanuit handelsperspectieven de vrijheid van navigatieverkeer mondiaal georganiseerd te krijgen. Niemand had verwacht dat de VS dat als een uitnodiging voor militair verkeer zou interpreteren. Vergelijk het met een scenario dat Chinese militaire vloten ongevraagd de Golf van Mexico komen animeren: de respons zou desastreus zijn. De militaire aanwezigheid van China is eerder een signaal van sterkte en controle dan van agressie. Officieel behoort Taiwan nog altijd tot China. China ziet de hereniging met Taiwan op termijn als een zeker feit, maar doet dit liever niet militair. Xi Jingping wacht waarschijnlijk nu af hoe het Westen militair zal reageren op een Russische bezetting van Oekraïne. Een gebrek aan reactie van het Westen ter plaatse zou volgens de Chinezen een teken van zwakte zijn. Rusland is militair ambitieuzer en dominanter, terwijl China gewoon stabiliteit wil. Ook de uitbouw van de Nieuwe Zijderoute is eerder commercieel dan militair onderbouwd. China gebruikt het militaire om de economie te beschermen, terwijl de VS de economische macht gebruikt om het militaire belang te ondersteunen“, vervolledigt Coppens.
Wat brengt het nieuwe boek van Coppens?
De titel is bewust provocatief “Kunnen we China vertrouwen?” en is leverbaar vanaf 21 maart 2022. De rode draad die doorheen de lectuur loopt, is de boodschap dat ons ‘binair denken’ omtrent China een ‘blind spot’ veroorzaakt. Wat we nu over China denken en weten, is gekleurd door een eenzijdige interpretatie van de Westerse media. Het andere verhaal, namelijk dat vanuit de Chinese hoek, dreigt compleet de mist in te gaan en dat is volgens Pascal voor iedere ondernemer en beleidsmaker een gemiste kans. “We zijn niet gefundeerd kritisch als we niet onder de motorkap van de Chinese maatschappij kunnen kijken.”
Pascal brengt onderbouwde visies uit eerste bron over hoe Chinezen topics zoals ondernemerschap, familie, vrienden, cultuur, leiderschap, de wereld en dergelijke bekijken. Deze worden ondergebracht in 8 concentrische cirkels. Het boek van Coppens is geen China-propaganda, eerder een missie, namelijk vermijden dat we de trein van China en de daaraan verbonden mogelijke opportuniteiten gaan missen. Het boek is niet alleen gericht naar economen, ondernemers en beleidsmakers, maar ook naar de student en man langs de straat. Daarom is het boek bewust heel toegankelijk: “Uiteindelijk hebben we op termijn allemaal dagelijks te maken met China en Chinese producten, cultuur en technologie”, lacht Coppens schalks.
Coppens wil het debat opentrekken om ervoor te zorgen dat we het andere verhaal ook horen en ons onnodig bedreigd voelen. Er is heel wat desinformatie die volgens Pascal te maken heeft met journalistieke luiheid. “Weinig mensen zijn bezig om het andere verhaal op te zoeken en neer te pennen, omdat ze vermoeden dat daar geen markt voor is.” Dit gebrek aan correcte informatie ziet hij een beetje als het failliet van de vrije pers. Omgekeerd krijgen de Chinezen zodanig veel kritiek, dat ze het al lang opgegeven hebben om zich nog te verantwoorden voor wat ze aan het doen zijn. “Concreet: voor we elkaar terug vertrouwen, moeten we dringend elkaar terug leren begrijpen.”
Pascals’ boek is verkrijgbaar via zijn eigen website www.pascalcoppens.com en via bol.com. Pre-ordering echter kan vandaag al. Ik bestelde alvast rechtstreeks een gesigneerde versie en sta te popelen om de China-expert van mijn team te worden.