Industrialfairs News

Nieuws

FLANDERS MAKE(S) WHAT MAKERS NEED - BOUWEN AAN DAT DUURZAAM, MAAKVRIENDELIJK ECOSYSTEEM

23/11/2023

Auteur: Karl D’haveloose

 

 

 

 

Amper 10 uren na de afsluiting van het grandioze openingsevent van Flanders Make in Kortrijk zit ik – deze keer uitzonderlijk – met een grote Flanders Make-mok warme chocolademelk aan de vergadertafel bij Grisja Lobbestael, de nieuwe CEO van Flanders Make. We zijn het onmiddellijk eens dat we het niet uitgebreid gaan hebben over het openingsevent, maar direct de missie, de acties en het perspectief van Flanders Make 2.0 zullen aankaarten.

 

 

Product van de maakindustrie met een dosis West-Vlaams DNA

Grisja Lobbestael omschrijft zichzelf als een product van de maakindustrie. Na zijn studies Industrieel Ingenieur Elektromechanica aan Hogent en een Master Science Engineering Product Design aan Hogeschool Utrecht (met tussenin nog Vlerick Advanced Management + Innovation & Entrepreneurship) gaat hij aan de slag bij Packo Inox, waar de connectie met de machinebouw, specifiek voor procesindustrie (voeding, brouwerijen en farma), ontstaat. Na het doorlopen van heel wat afdelingen wordt hij verantwoordelijk voor de engineeringdivisie. Voor Lobbestael is dit stap 1 in zijn ontwikkeling (hoe worden producten ontwikkeld en gemaakt). Stap 2 (het vermarkten) was voor hem een logisch vervolg in zijn honger naar het leren van alle processen in de waardeketen van een industriële organisatie. Bij Barco Manufacturing Services komt hij 5 jaar aan het hoofd te staan van sales & marketing, waar hij terug linkt met de maakindustrie in zowel de supply chain als het clientieel. Stap 3 (het managen van een maakbedrijf) concretiseert zich bij Sioen Industries, waar hij eerst algemeen directeur voor de extrusie- en weefactiviteiten en later CEO direct coating wordt.

 

First the Micro’s, then the Macro’s

Op zijn 50ste was de cirkel van innoveren en ondernemen op bedrijfsniveau (micro) voor hem rond. Tijd om deze kennis uit te rollen op sectorniveau (macro). Maart 2023 werd Lobbestael CEO van Flanders Make, vooral omdat wat in de blueprint omschreven was, perfect aansloot bij wat hij diep van binnen ambieerde, namelijk innovatie actief boosten maar met een maatschappelijke impact en dat op sectorniveau.

 

 

How to blow that fourth SOC(k) off

Voor wie bovenstaande tussentitel niet zou vatten: er zijn in Vlaanderen 4 Strategische Onderzoekscentra (SOC’s), meer bepaald Vito, Imec, VIB en Flanders Make. “Flanders Make verdient een grotere naambekendheid”, stelt de kersverse CEO. “Vito, Imec en VIB hebben een reputatie (materialen, biotech, semicon,…), terwijl de expertise en toegevoegde waarde van Flanders Make nog te weinig gekend is bij het brede potentieel van ondernemers. Maar de komende jaren gaan we op zijn minst iedereen blijven verrassen. Flanders Make focust zich op productontwikkeling en productiemethodes en het schalen van Industrie4.0 binnen dat thema. Kortom, we focussen ons op de maakuitdaging” verduidelijkt Grisja. Hij kadert ook nog even de expertise van de 5 vestigingen. “Lommel (automotive) bijvoorbeeld is nog altijd waar Flanders Drive ontstond. Mechatronics (machinebouw) zit historisch in Leuven, terwijl productiesystemen en -uitdagingen Kortrijk zijn.”

 

 

 

“Er bestaat niet zoiets als toeval, wanneer we het over de site Kortrijk hebben. West-Vlaanderen is het dichtst bezaaid met (middel)grote maakbedrijven, zoals CNH, Dana, Vandewiele, Barco,… Dus met Kortrijk komt Flanders Make dichter bij haar klanten maakbedrijven te zitten”, vervolgt Lobbestael. Hij zoomt even in op de synergie tussen de 4e SOC (Flanders Make) en het onderzoeks- en onderwijsweefsel. “Van de 850 mensen die de organisatie uitmaken, zitten eigenlijk een 600-tal (extra muros) in de universiteiten en hogescholen. Iedere universiteit (en haar profs) beschikken over een specifieke competentie. Dat zijn dus onze corelabs, die samenwerken met onze 250 interne medewerkers (intra muros). Hier beschikken we over testlabs, waar we de resultaten van theoretisch onderzoek effectief kunnen toetsen aan een reële omgeving.”

 

 

West-Vlaanderen heeft haar eigen unieke terreinvoordelen en karaktertrekjes

 

“67 % van de machinebouw zit in West-Vlaanderen, een vaststelling om te koesteren en verder te ondersteunen. Onze nieuwe hub in Kortrijk is dé cohousing van universiteiten, research en bedrijven. Ondernemingen kunnen ook een vaste plaats inhuren, waar ze in directe samenwerking met onze ingenieurs kunnen werken aan innovatieve oplossingen, die hét verschil zullen maken in hun markt. CNH bijvoorbeeld test een aantal projecten, waaronder autonomous driving en AR voor oogstmachines, uit bij Flanders Make Leuven, waar effectief op tractoren getest wordt. Nog iets specifieks hier is de lokale braindrain. Heel veel West-Vlaams verstand studeert af in Gent en Leuven en blijft daar aan het werk. Met onze aanwezigheid, samen met Sirris, KULeuven, Howest, Vives, Ugent en House of Manufacturing zit je hier straks met een habitat, waar heel wat jong geweld aan het werk wil gaan.” Regio Kortrijk wordt ook steeds meer een zelden gezien combinatie van technologisch onderwijs, techhubs en snel groeiende technologiebeurzen, zoals Indumation.be, D2M en ABISS (nvdr).

 

Remediëren van de versnippering van technologische competenties (2 assen)

België, maar ook Vlaanderen, worstelt met een versnippering van competenties, accenten en onderzoeken. Lobbestael geeft mee dat de enige oplossing meer transparantie en meer samenwerken is.

 

 

“Bij Flanders Make kunnen bedrijven vooral terecht als ze een probleem hebben of een uitdaging in hun productieproces of product, terwijl ze al gebruikmaken van nieuwe en geavanceerde technologieën of een stap willen zetten naar een innoverende omgeving met behulp van nieuwe technologieën. Bij Sirris bvb kunnen bedrijven vooral terecht als ze een probleem hebben of een uitdaging in hun productieproces of product waarvoor ze denken dat er nieuwe of volwassen technologieën op de markt zijn, die een oplossing kunnen bieden. Maar,als bedrijf mag je je geen zorgen te maken over het kiezen van de ‘verkeerde deur’! Door naar je vraag te luisteren en in overleg te treden, zal iedere aangesproken collega je begeleiden naar de juiste organisatie, die het beste bij je behoeften past.”

 

“Ik val in herhaling”, lacht Grisja, “maar we zitten hier in een unieke situatie van zowel hogescholen, universiteiten, competentie- en technologiecentra, Hangar K, de DAE-gamingtechnologie, Maaklabo, etc. Enerzijds kunnen we aan jonge lokale technologiestudenten tonen wat hier allemaal aan onderzoek bezig is en hoe het effectief in de industrie hier geadopteerd wordt. Anderzijds willen we het jong geweld, dat eerder Gent of Leuven aanbidt, overtuigen dat West-Vlaanderen haar eigen sexy technologievallei uitbouwt.”

 

Dichter ook bij die middelgrote en kleine machinebouwer

 

Zoals men in het West-Vlaams zou zeggen, ‘voel je niet gegeneerd om bij ons aan te kloppen’. Dat is eigenlijk wat Lobbestael ergens wil meegeven. “Het zijn niet alleen grote bedrijven en multinationals die hier moeten aankloppen. We willen heel duidelijk maken dat je niet met een zak goud en een team  professoren moet aankloppen om in onze technologische ballenbak te komen spelen. Maar we detecteren toch wat vooroordelen. Kleinere bedrijven nemen wij echt bij de hand. Hun middelen en mensen zijn beperkt, maar hun innovatiehonger des te groter. Via Flanders Make Innovation Boosting evalueren we waar er urgent moet geïnnoveerd worden. Tevens stellen we samen met het bedrijf een prioriteitenlijst op en helpen we ook bij het maken van een sluitend Vlaio-subsidiedossier. We gaan eveneens het investeringstraject van prioritaire innovaties gaan doseren, zodanig dat er geen druk op bedrijfskasstromen komen. Stel dat een bedrijf wil automatiseren: dan ga je eerst voorsimulaties maken van wat urgent en cruciaal is, voor je zomaar een robot gaat kopen. Het tweede ‘wringend schoentje’ zijn mensen. Kleinere bedrijven denken dat hun interne innovatieteam niet in staat is om de taal van de ingenieur-onderzoeker en de prof te verstaan. Deze perceptie is onterecht. Onze onderzoekers moeten hun inzichten – en ook de resultaten die reeds op grotere machinebouwers werden uitgetest – menselijk vertalen naar het kleine maakbedrijf. Trouwens, digitale en duurzame innovaties bij grotere machinebouwers verplichten in vele gevallen de kleinere maakbedrijven uit hun toeleveringsketen om mee te schakelen, anders raken plots uitgerangeerd. Een derde ‘wringend schoentje’ is de illusie van de veilige comfortzone. Zowel grotere als kleinere maakbedrijven hebben de neiging van zichzelf vast te ketenen aan het gemak en veiligheid van oude modellen: ze zien dat het nu ook nog zo gaat en denken dat het morgen ook wel nog zo zal lukken. We moeten deze bedrijven versneld een spiegel voorhouden en hen confronteren met hoe snel en ongemerkt onderhuids het industrieel competitief weefsel door technologie wordt ontwricht.”

 

De urgentie vertalen in tastbare wins

Het klinkt wat filosofisch, maar Lobbestael proclameert het hogere belang. Bedrijven die niet investeren in innovatieve digitale, duurzame en geautomatiseerde productie gaan niet alleen uit de boot vallen, maar ook de maatschappij hypothekeren. Een tanende industrie zal regio’s gaan aantasten en tevens de toekomst van mensen en rijkdom ondermijnen, met stijgende spanningen en extreme polarisatie als gevolg.

 

“Kmo-ondernemers denken op een heel tastbare manier. Concreet geven we de opdracht aan onze researchers en demonstrators dat je laagdrempelig moet uitleggen wat de concrete wins (productiviteit, financieel, tijd, OEE,…) zijn voor het bedrijf. Flanders Make moet een merk worden, waar mond aan mond door ondernemers reclame gemaakt wordt voor de straffe ideeën, die ze hier opgedaan hebben. Overal waar je kijkt, of het nu Silicon Valley, Eindhoven, Zurich of Zuid-Zweden is, de welvarende regio zijn daar waar slimme mensen, universiteiten, en innovatieve bedrijven samenwerken en het hele lokale maatschappelijk systeem en zelfs het gemiddelde inkomen, omhoogtrekken. In Vlaanderen heb je al deze factoren, het enige wat er nog kan verbeteren is: samenwerken.

 

2cents from Lobbestael

Ons interview evolueert naar een geanimeerd kritisch opbouwend echelon, waar ik Grisja Lobbestael even confronteer met 3 dilemma’s, die wel eens harde noten om te kraken kunnen worden: de dure duurzaamheidsthese, het gebrek aan mensen, middelen en vooral tijd, en finaal hoe Flanders Make constructief kan fungeren naast commerciële consultants en integratoren.

 

1e  Sustainability
Mijn eerste vraag luidt dan ook: Kmo-ondernemers willen tastbare argumenten, hoe combineer je dat met de driver duurzaamheid? M.a.w. is duurzaamheid geen duur marketingbegrip voor hippe techbedrijven, what’s in it for me?

“Het volstaat niet om vandaag de dag wat te investeren in zonnepanelen en EV,  de nieuwe wetgeving zal zo streng worden straks dat nieuwe producten gaan moeten gemaakt worden zodat ze duurzaam gedeassembleerd en hergebruikt kunnen worden met een zo laag mogelijke footprint. Bedrijven die dit niet gaan doen, gaan beboet worden of gewoon uit de markt geconcurreerd worden. Als je nu een achterstand creëert die je nooit nog kan inhalen, ben je ten dode opgeschreven.” 

 

2e Dilemma
De krappe agenda’s en het tekort aan mensen beperkt mensen om tijd te gaan investeren in het bezoeken van innovatiecentra en technologiebeurzen, informatie te verzamelen en intern te verwerken met de juiste beschikbare managementteams en operatoren. Heb je als Flanders Make niet het gevoel dat als jullie iets organiseren je altijd dezelfde mensen ziet afkomen? En schermt dat kennis niet af?

“Mensen die beweren dat het in het buitenland allemaal beter en goedkoper of sneller gaat, zijn in vele gevallen al van een kale reis teruggekeerd. Zeker met de reshoring, nearshoring en deglobalisatie die nu bezig is. Innovatie zal het te kort aan materialen, middelen, mensen in staat moeten stellen om hier duurzaam te produceren, vandaag en morgen.”

 

3e Dilemma
Hoe passen de grote consultants en integratoren in jullie zakenmodel? Zijn jullie partners of concurrenten?

Je moet niet gaan concurreren. Je gaat met integratoren en consultants ruim vooraf in je verhaal gaan betrekken, vooraleer je dialogen aangaat met je eerste klanten. En stel, net zoals Imec of universiteiten, dat je met echte briljante specifieke competenties en mensen op de proppen komt, waarom zou je geen spin-off of samenwerking met andere partners opstarten.”

 

De rushende Ram, die pragmatisch en parallel filosofeert, evangeliseert en faciliteert

 

 

De 52-jarige Ram is vader van 3 kinderen en laat zich creatief inspireren door een artistieke echtgenote. Zij allen zijn muzen voor een extra dimensionele bijdrage aan een creatief hoger niveau van maatschappelijk denken, die Lobbestael helpen de missie van Flanders Make te formuleren.

 

De rusteloze Ram wil liever vandaag nog schakelen, dan te wachten. Grisja haalt extra energie uit lezen, reizen en hardlopen. Zijn favoriete boek is “Het Achtste Leven (voor Brilka)” van Nino Haratischwili. Ook deze Tolstojaanse lectuur en zijn passie voor geschiedenis liggen aan de basis van zijn grootste bekommernis uit de geschiedenis, een terugkerend feuilleton dat in de toekomst absoluut moet vermeden worden, namelijk welvaartsverlies. Dat heeft altijd bijgedragen tot extreme polarisatie en onrust en radicaal simpele oplossingen. Bovendien weten we allemaal dat dit nooit goed afloopt.

 

Een tweede ongerustheid is het tempo waarop innovatie evolueert en omarmbaarheid voor de modale mens. Technologische innovatie evolueert zodanig snel dat mensen niet altijd meer meekunnen. Dat uit zich in verzet, frustratie en gepolariseerde kampen pro en contra. Ook dit is niet nieuw. In de eeuwwisseling deed zich met de industriële revolutie net hetzelfde voor.

 

Het credo van Grisja: ‘De kracht van het possibilisme’

“Possibilisme is een woord bedacht en belichaamd door wijlen Carolien Pauwels (grande dame en voormalig rector VUB). De absolute overtuiging dat de grootste asset van de mens zijn kracht is om te veranderen en te innoveren… Een kracht die we moeten  aanwenden om een betere en duurzamere wereld te creëren, waar toekomstige generaties met bewondering en dankbaarheid zullen op terugblikken.”

Gerelateerd nieuws

Deze website gebruikt cookies om u een betere ervaring te bieden terwijl u deze site bezoekt. Meer info over cookies