Industrialfairs News

Nieuws

5.0 OR 4.0: What’s it gonna be boy?

27/02/2024

Auteur: Karl D’haveloose

 

 

 

 

Iedere dag gaan we wel in de clash met klanten en zelf geproclameerde technologievisionairen, die het niet meer hip vinden om over Industrie 4.0 (I.4.0) te spreken, maar eerder met een pokerface 5.0 claimen. Iedere keer proberen we onze gesprekspartners 2 zaken duidelijk te maken:

  1. Weet je eigenlijk zelf wat je staat te vertellen of is het prietpraat?
  2. De helft van de industrie is nog niet rond met I.4.0. Dus blijf vooral geduldig en nederig en verkoop liefst je schoenen aan iemand die ze effectief kan dragen.

 

 

Voor de Thomassen en andere ongelovigen, we leggen hieronder nog even in detail uit hoe de vork in de steel zit. We willen vooral vermijden dat het dertienjarige I.4.0 verhaal, dat al een heel ingewikkelde container aan begrippen is, vooral hypegewijs, zoals de levenscyclus van een smartphone, omgeruild moet worden voor een hipper titeltje.

 

 

Het duurde dus zomaar eventjes 275 jaar om te komen waar we nu staan. Industrie 4.0 ontstond meer dan 10 jaar geleden in Duitsland en kreeg voor het eerst bredere aandacht op de Hannover Messe-beurs in 2011.

 

Er wordt gezegd dat Industrie 4.0 (of de Vierde Industriële Revolutie) volgt op drie eerdere sprongen in de productietechnologie, te beginnen met de stoommachine van James Watt en de (eerste) Industriële Revolutie die in de achttiende eeuw ontketend werd. Mijn nuchtere technologische, tevens emotionele marketingachtergrond zorgen ervoor dat ik me er wat ongemakkelijk bij voel, mocht ik zou beweren dat veel eerdere innovaties ook niet behoorlijk revolutionair waren. Beheersing van vuur, iemand? Het benutten van waterkracht? De domesticatie van dieren en gewassen, waardoor de eerste mensen zich konden vestigen en - uiteindelijk – zich konden specialiseren in dingen als het maken van spullen? Het opzettelijk smelten van koper, brons, ijzer en staal? Allemaal helaas genegeerd in het keurige verhaal dat zegt dat ‘de industrie’ als eerste werd ‘gerevolutioneerd’ door Watt, die stoommachines bouwde op het terrein van een groot landhuis buiten Edinburgh.

 

Het is misschien te laat om de getallen te veranderen, waarmee we de onmiskenbare technologische vooruitgang van de afgelopen eeuwen aanduiden. Maar het is voor mij niet te laat om beleefd te vragen het wat rustiger aan te doen met puntnulletjes achteraan en na te denken, voordat we nog meer getallen aan de lijst toevoegen.

 

Industrie 1.0 was nogal wat voor James Watt en zijn tijdgenoten. Het was het grootste wapenfeit in de industrie sinds het smelten van ijzer zo'n 3.000 jaar geleden zijn intrede deed. Stoomkracht, weefmachines op industriële schaal, het rendabel smelten van metalen op grote schaal en nog veel meer veroorzaakten dramatische verschuivingen in de maatschappij: eerst van de velden naar industriële productie en vervolgens van het platteland naar de steden. De overgang van ijzersmelten naar de stoommachine van Watt duurde ongeveer 3.000 jaar. De volgende revolutie kwam slechts 150 jaar later.

 

Industrie 2.0 brak de macht van de ambachtsman. Henry Ford en anderen brachten standaardisatie en striktheid in hele productieprocessen, waarbij kosten en kwaliteit onder controle werden gehouden door ervoor te zorgen dat elk product dat de productielijn van een fabriek verliet in wezen identiek was. Mensen moesten nog steeds al het werk doen, maar hun vermogen om creatief of anders te zijn werd geleidelijk onderdrukt ten gunste van efficiëntie, consistentie en kostenbeheersing. De productielijnen van Ford kwamen ongeveer 150 jaar na de stoommachine van Watt. Slechts 60 jaar later veranderde elektronica de dingen opnieuw.

 

Industrie 3.0 begon de spieren van mensen te vervangen. General Motors installeerde in 1961 de Unimate-industriële robot op een productielijn in New Jersey en anderen volgden snel. Robots namen steeds meer taken op zich, zoals tillen, vouwen, slaan, buigen of lassen met een grotere consistentie (en minder letsel) dan menselijke arbeidskrachten. Computers en andere elektronische systemen vertelden robots - en mensen - wat ze moesten doen en telden alles. Unimate begon te werken in een autofabriek in New Jersey, 53 jaar nadat het eerste Model T Ford van een productielijn in Michigan reed. Slechts 50 jaar later veranderden gegevens, sensoren en kunstmatige intelligentie de dingen opnieuw.

 

Industrie 4.0 begon de hersencapaciteit van mensen te vergroten. Duitsland, met zijn diepgewortelde productie-erfenis, was misschien wel de eerste die het potentieel zag om industriële apparatuur te verbinden met sensoren, om gegevens te verzamelen en te analyseren om processen zichtbaarder, efficiënter en (uiteindelijk) duurzamer en klantgerichter te maken. In specifieke omstandigheden combineren data, sensoren en fysieke automatisering (robots, enz.) om hele processen autonoom te laten verlopen zonder directe menselijke tussenkomst. Cloud, connectiviteit en betaalbare sensoren hebben Industrie 4.0 mogelijk gemaakt.

 

De ongekende en gelijktijdige vooruitgang op het gebied van kunstmatige intelligentie (AI), machinaal leren (ML), robotica, Internet of Things (IoT), autonome voertuigen en zelfrijdende auto's, 3D-printen, virtuele en augmented reality, wearables, additive manufacturing, nanotechnologie, biotechnologie, energieopslag en kwantumcomputing doen traditionele grenzen vervagen en creëren nieuwe bedrijfsmodellen. Uber, Tesla, Airbnb, Alibaba en Google zijn slechts een paar van de vele miljardenbedrijven, die de afgelopen 12 jaar zijn opgericht. Deze revolutie van cyberfysieke systemen wordt samengevat als de Vierde Industriële Revolutie en verandert fundamenteel de manier waarop we leven, werken en met elkaar omgaan.

 

Maar al in 2020 zaten de eerste vogels op een tak Industrie 5.0 te fluiten. AGI en Omniverse doen de lokroep uiteraard exponentieel versnellen. Bovendien heeft niemand nog oor naar of oog voor Moores Law en restricties.

 

Industrie 5.0 schakelt naar de menselijke, duurzame en veerkrachtige overgang in de technologische revolutie , maar niet dé nieuwste revolutie

 

 

SAP beschrijft Industrie 5.0 als mensgericht, duurzaam en veerkrachtig. Volgens de Europese Commissie is het ‘een aanvulling op de bestaande Industrie 4.0-aanpak door specifiek onderzoek en innovatie in dienst te stellen van de overgang naar een duurzame, mensgerichte en veerkrachtige Europese industrie’. Anderen zeggen in grote lijnen hetzelfde. Weinigen zullen, zeker na de pandemie, de oorlogen en het globaal schaarser worden van jeugd en materialen,  zich verzetten tegen het duurzamer maken van productiesectoren die té veel hulpbronnen verbruiken. Niemand die de afgelopen jaren heeft meegemaakt, kan serieus beweren dat teruggaan naar kostengeoptimaliseerde en broze toeleveringsketens een beter idee is dan doorgaan met het ontwikkelen van veerkrachtige toeleveringsnetwerken. Goede Industrie 4.0-projecten waren altijd al gericht op de mens, waarbij de behoeften van de werknemer centraal stonden bij het in evenwicht brengen van de automatiseringsdriehoek.

 

Er zijn voldoende Industrie 4.0-projecten geweest die robots of AI oplegden aan menselijke arbeidskrachten zonder goed na te denken over de gevolgen. Er zijn genoeg Industrie 4.0-projecten, die verkwistend omsprongen met eindige middelen of zo broos waren ontworpen dat ze bezweken onder de druk van buitenaf. Die projecten waren niet slecht omdat Industrie 4.0 slecht is. Het waren gewoon slechte projecten. Ze verdienden te mislukken en dat deden ze gelukkig ook. Er is niets aan Industrie 4.0's benadering van mensen, planeet of proces dat een revolutie vereist om dit recht te zetten.

 

Doe gewoon: doe  Industrie 4.0 gewoon goed

Industrie 5.0, zoals het nu gedefinieerd is, heeft geen zin en brengt geen waarde. Het is een marketinggimmick van mensen en organisaties die beter zouden moeten weten. Natuurlijk worden nu niet alleen bedrijven, maar ook volledige sectoren, landen en zelfs continenten door o.a. versnelde AI en andere technologische disruptors verrast, maar het is ook logisch dat dit gewoon deze Industrie 4.0-golf is die tractie en snelheid krijgt. Dit belet niet dat je daar nu nog even een vijfpuntnulletje voor moet kleven omdat anders niemand naar je luistert.

 

Call me an old fart, maar het devalueert elke ‘revolutie’ die eraan voorafging en bewijst een slechte dienst aan alle bedrijven die Industrie 4.0 zorgvuldig, doordacht en goed doen. Laten we afspreken om de term Industrie 5.0 niet meer te gebruiken en hem te bewaren voor iets echt transformatiefs: schone, duurzame, autonome, veilige, niet-vervuilende en betaalbare massaproductie in een baan om de aarde, misschien? Dan kunnen we teruggaan naar het delen van de goede praktijken van vandaag, om ervoor te zorgen dat elk Industrie 4.0-initiatief ‘duurzaam, mensgericht en veerkrachtig’ is. Geen termgetalinflatie nodig!

Gerelateerd nieuws

Deze website gebruikt cookies om u een betere ervaring te bieden terwijl u deze site bezoekt. Meer info over cookies